Leren, participeren en ondersteunen

Werk, inkomen, armoedebeleid & emancipatie

Wat heeft het thema gekost?

Toelichting noemenswaardige afwijkingen

  • Uitvoering Wet inburgering (SD) (incidenteel voordeel op de lasten ad € 549.000)

Op de middelen van het budget Uitvoering inburgering (voorheen Anderstaligen) is een onderbesteding van € 549.000. Vanuit 2021 is een bedrag van € 378.500 overgeheveld naar 2022, dit met het oog op (het voorbereiden) van de nieuwe wet inburgerging. De huidige middelen uitvoering inburgering in 2022 zijn echter voldoende geweest voor de kosten van de uitvoering.

Daarnaast zijn in 2022 vanuit de meicirculaire 2022 nog middelen ontvangen voor de statushouders, die nog betrekking hebben op het jaar 2021. De subsidieverlening 2022 in dit kader (Vluchtelingenwerk) komt vanaf 2022 ten laste van de SPUK Wet Inburgering. Dit betekent dat de ontvangen middelen in de meicirculaire 2022 incidenteel vrijvallen in het budget Uitvoering Wet Inburgering.

Een deel van het overschot aan middelen ad. € 245.000 maakt deel uit van het overhevelingsbesluit 2022-2023 (via de reserve sociaal domein), omdat vanwege de verhoogde taakstelling de verwachting is dat de regulier begrote middelen niet afdoende zullen zijn.

  • SPUK Wet Inburgering (SD) (incidenteel voordeel op de lasten ad € 344.000)

Ten behoeve van de specifieke uitkering Wet Inburgering is een bedrag van € 526.892 ontvangen van het Rijk in 2022. Hiervan resteert nog een bedrag van € 344.000. In 2023 zal de definitieve vaststelling plaatsvinden voor het bedrag 2022 van de SPUK Wet Inburgering. Dit is gebaseerd op hoeveel statushouders, gezins- en overige migranten in de gemeente werkelijk gevestigd zijn.

Het bedrag van € 344.000 is meegenomen in het overhevelingsbesluit 2022-2023 (via de reserve sociaal domein).

  • BUIG Pwet uitkeringen (SD) (incidenteel voordeel op de lasten ad € 493.000)

Op de Participatiewet uitkeringen is een voordeel van € 493.000 gerealiseerd. Bij de eerste twee tussenrapportages is reeds een voordeel gemeld van ongeveer € 0,2 miljoen. In totaal bedraagt het voordeel op de Pwet uitkeringen in 2022 ongeveer € 0,7 miljoen. Het aantal Participatiewet uitkeringen is in 2022 sterk gedaald van 2.042 naar 1.927 (daling van 5,6%) en dat is een sterkere daling dan de begrote daling van 5%. De daling komt ook deels door de extra inzet op loonkostensubsidies. Daarnaast is de gemiddelde prijs van de uitkering met € 15.300 lager dan de begrote gemiddelde prijs van € 15.500.

De Rijksbijdrage BUIG is in 2022 wel sterk naar beneden bijgesteld met € 2,1 miljoen en dit nadeel is bij de 2e tussenrapportage reeds structureel meegenomen.

  • Dotatie voorziening (SD) (incidenteel nadeel op de lasten ad € 219.000)

Aan de voorziening dubieuze debiteuren moet een bedrag van € 219.000 worden toegevoegd. Hiervoor is geen bedrag begroot. Uit de berekening voor de voorziening dubieuze debiteuren blijkt dat voor de voorziening een bedrag van € 3,7 miljoen benodigd is. Afgelopen jaar is de voorziening door buiten invordering stellingen gedaald van € 3,7 naar € 3,5 miljoen, waardoor de voorziening weer moet worden aangevuld met € 219.000 om op het bedrag van de benodigde voorziening (uitkomst berekening) uit te komen.

  • Persoonlijk minimabudget (SD) (incidenteel voordeel op de lasten ad € 115.000)

Bij de 2e tussenrapportage is het budget voor individuele inkomenstoeslag met € 100.000 opgehoogd vanwege de verwachting dat het bereik zou toenemen doordat mensen die energietoeslag aanvragen ook recht zouden hebben op de individuele inkomenstoeslag.

Het aantal aanvragen voor de individuele inkomenstoeslag is in 2022 wel toegenomen ten opzichte van 2021, maar het aantal verstrekkingen en daarmee de uitgaven bleven in 2022 min of meer gelijk aan 2021. Dit komt omdat mensen die recht hebben op energietoeslag niet zomaar recht hebben op individuele inkomenstoeslag, want hiervoor gelden andere voorwaarden.

  • TOZO (SD) (incidenteel voordeel op de lasten ad € 288.000)

Aan de lastenkant van de TOZO-regeling is een voordeel ad. € 288.000. Dit betreft correcties en terugvorderingen over de verstrekkingen die in 2021 zijn gedaan, maar waarvan een deel onterecht en/of teruggevorderd is.

  • Energietoeslag (SD) (incidenteel nadeel op de lasten ad € 452.000)

Op de energietoeslag is een nadeel van € 452.000 op dit programma. Dit wordt enerzijds veroorzaakt door € 168.000 aan extra kosten voor inhuur voor het beoordelen en verwerken van de aanvragen energietoeslag en anderzijds door € 284.000 hogere uitgaven aan energietoeslag doordat meer huishoudens hierop een beroep hebben gedaan dan het door het Rijk beschikbaar gestelde budget.

In programma 6 in de algemene uitkering is een stelpost opgenomen van € 250.000 voor extra baten ten behoeve van de energietoeslag. Deze middelen zijn nog niet ontvangen. Het totale nadeel met betrekking tot de energietoeslag komt hiermee op € 702.000 (€ 452.000 in programma 5 en € 250.000 in programma 6).  Via de VNG worden nog gesprekken gevoerd over mogelijke extra Rijkscompensatie voor de energietoeslag.                                        

  • Loonkostensubsidie (SD) (structureel nadeel op de lasten ad € 108.000)

Op het budget loonkostensubsidie is een overschrijding van € 108.000. Dit wordt veroorzaakt door een sterke toename van het aantal personen met een loonkostensubsidie (in 2022 is dit gestegen van 74 naar 125). Ook was de gemiddelde loonkostensubsidie hoger dan de meegenomen € 8.000 per persoon in de begroting. De extra inzet op loonkostensubsidies leidt wel tot besparingen bij de uitgaven aan bijstandsuitkeringen.

  • Re-integratie (SD) (incidenteel nadeel op de lasten ad € 166.000)

Op de budgetten voor re-integratie is een overschrijding van € 166.000. Dit komt onder andere omdat in 2022 extra inzet is gepleegd op de investeringen voor de leerlijnen (o.a. bakwagen voor leerlijn vervoer en warehouse management software voor in totaal € 78.000). Daarnaast zijn de kosten voor de kwartiermaker VPW ad. € 113.000 op het budget re-integratietrajecten geboekt.

  • Reserve sociaal domein

Het saldo op de budgetten van het sociaal domein binnen het thema Werk, inkomen, armoede-beleid & emancipatie wordt, volgens vastgesteld beleid, gestort c.q. onttrokken in/aan de reserve Sociaal Domein.

  • Formatielasten

Dit thema laat een nadeel op de personeelslasten zien. Voor de totale analyse van de personeelsbegroting wordt verwezen naar de paragraaf bedrijfsvoering.

Deze pagina is gebouwd op 07/27/2023 10:50:00 met de export van 07/25/2023 16:38:28